Horecabezoek in Zuid Afrika voor beginners:
Als beginnend toerist moet je met een aantal bijzonderheden in de horeca van Zuid Afrika ernstig rekening houden;
1 - het permanente overschot aan personeel en de strikt verschillende functies die ze hebben. Let op. Je loopt niet zomaar een tentje binnen en zoekt een tafeltje. Nee, je wordt onthaalt door een z.g. eerstelijns. Zeg maar een gastvrouw/man en die bréngt je naar een tafel. Dus niet zomaar ergens neerploffen. Denk daarom. Ze vallen eerst niet op, die hostesses, je verwacht het niet maar wees gerust, zij vinden jou.
Oké, je zit. En dan komt er vrij snel iemand met een bigbig smile op je afgesneld “ Helloowww you guys, how are you today???” Daar moet je dan antwoord op geven, (grrrr…), “My name is Melwndhyndri… I’m your waaaaiter, here is your menu”. “Ehhh, ik wil alleen koffie, kan dat?”. Meteen wordt de stemming een stuk minder, zeg maar, de innige band die we bij aanvang leken te hebben staat alweer op punt van scheiden. En overal hè. Van klein tot groot, van gribus tot sjiek. Maar goed, heel veel personeel dus. Ik heb eens ergens voor iedere tafel 3 serveersters geteld. Die rouleren als er nieuwe klanten aanschuiven en staan ook in die volgorde opgesteld.
Misschien valt dit op omdat we in Nederland gewend zijn aan chronisch te weinig personeel? Vast en zeker!
2 Het tempo. Alles duurt hier 3 tot 5x langer als dat je denkt dat aannemelijk is. Ik heb best een ruime marge aangenomen want ik ben ten slotte op vakantie, geen haast, dit is Afrika… jajaja. Maar ik heb toch al een aantal keren een koek of melktaart terug gestuurd die arriveerde nadat ik mijn koffie al 10 minuten op had. “Nee, sorry, ik eet alleen koek mét koffie en die is al lang op dusssss…”. Heel verbaast, maar ja, ik heb ook principes. En vraag je om een glas als uiteindelijk het bronwater zonder komt, dan heb ik persoonlijk dat glas al 5 min op tafel ‘georganiseerd’ voordat het alsnog via de officiële weg arriveert.
Ik moet nóg meer onthaasten.
O ja, nog even dit, tussendoor, je moet niet schrikken als er om de haverklap iemand opduikt met de vraag of jij ‘alright’ bent. Met andere woorden, of je nog iets anders nodig hebt, een voetmassage, of een aspirientje ofzo, weetikveel. Dit hoort bij het algehele pakket ‘hoffelijkheid’, waar wij Nederlanders niet zo aan gewend zijn. Die bedachte vriendelijkheid zit in ieder basispakket van al het horecapersoneel hier. Van eenvoudige koffiebar tot gerenommeerde restaurants, ze vragen er geheid naar, naar dat ‘alright’ zijn. Ook opvallend voor tussendoor is het dan weer zeer accurate afruimbeleid. Niet onbelangrijk om goed op voorbereid te zijn. Nog voor je je laatste hap hebt doorgeslikt, nog als je zit te kauwen, nog als je je laatste slokje zit weg te soppen wordt het servies onder je neus weggetrokken en wordt de boel afgeruimd. Is ook overal standaard. Ik denk dan steeds “laat mij nou even” maar ja, het is hier traditie dus om daar nou ook weer iets van te vinden…
3 De rekening. Je bent er klaar mee en je wilt weg. Nu niet zomaar vragen wat het kost en gelijk wat geld overhandigen. Nee, dat gaat zo; je geeft eerst aan dát je wilt afrekenen. Gewoon, als een doventolk met een gebaar, alsof je een handtekening zet, dat kan. Jouw persoonlijke ober gaat naar de afdeling kassa, die print een bon uit, stopt die in een plastic mapje met 2 snoepjes(?) en een pen erbij.
Jouw persoonlijke ober pikt dat op een gegeven moment op, kan even duren want hij of zij is druk natuurlijk [...] en legt dat mapje op je tafel. Met een blik van “zo’n achterlijk kleine bestelling, daar moet geld bij, dat snap je natuurlijk zelf ook wel” en loopt snel weer weg. Gelijk geld meegeven lukt nooit. Je moet n.l., daar kwam ik later achter, op de bon schrijven (daarom zit die pen erbij) wát je gaat betalen. M.a.w., de fooi wordt zo voor alle partijen helder in beeld gebracht.
Goed, nadat die administratie is gedaan leg je een pasje of geld in dat mapje en dan maar hopen dat jouw persoonlijke ober die weer komt ophalen. Zwaaien of gebaren heeft in dit stadium geen zin meer. Er valt toch niets meer aan deze losers -die-veel-te-weinig-bestelde- te verdienen. Dus dat duurt en dat duurt…
En dan ben je er nog niet. In het geval van een pasje moet er weer een pinapparaat gehaald worden. En in het geval van niet gepast moet je weer afwachten of en wanneer je nog wat geld terug krijgt.
Snap je? Het is allemaal niet zo erg, je bent maar een toerist maar houdt er in ieder geval rekening mee.
En het went. Echt, want
De gedachte aan zo’n sacherijnige koffie op het Rembrandtsplein is ook niet fijn…